Schildklier stimulerend hormoon (TSH)

Tekort aan schildklier stimulerend hormoon (TSH)

De symptomen bij een tekort aan schildklierhormoon (waardoor de schildklier traag gaat werken) zijn onder andere: abnormale vermoeidheid, gewichtstoename, droge huid en haaruitval. Men voelt zich lusteloos en futloos, allerlei zaken gaan veel trager dan gewoonlijk en er is een sterke behoefte aan warmte. Vaak is er sprake van een moeilijke stoelgang. Het tekort aan schildklierhormoon kan worden aangevuld door het gebruik van de medicatie levothyroxine. 

Er is in Nederland circa een half miljoen mensen met een traag werkende schildklier. Bij de meeste mensen is er dan sprake van de ziekte van Hashimoto waarbij het eigen afweersysteem zich richt tegen schildkliercellen, waardoor deze cellen kapot gaan en de schildklier geleidelijk langzamer gaat werken en steeds minder schildklierhormoon maakt. Maar in een aantal gevallen gaat achter een tekort aan schildklierhormonen een hypofyseaandoening schuil, waarbij de schildklier niet goed wordt aangestuurd door de hypofyse.

Overschot aan schildklier stimulerend hormoon (TSH) 

Als er te veel TSH is, gaat de schildklier ook te veel hormonen aanmaken. Dit kan klachten geven als hartkloppingen, kortademigheid, zweten, gevoeligheid voor warmte, gewichtsverlies, toegenomen eetlust, diarree en een opgejaagd gevoel. In zeldzame gevallen ligt de oorzaak in de hypofyse, maar meestal in de schildklier zelf. In de hypofyse maakt een goedaardige tumor TSH aan: zo wordt de schildklier voortdurend aangezet tot het maken van nog meer schildklierhormonen. Zo’n tumor heet ook wel een thyreotroop adenoom of TSHoma.